Werken aan vijf thema's


THEMA 1: De stad zelf is school

Meer combineren en onderling verbinden van onderwijs en stedelijk leven en bedrijfsleven. Het onderwijs moet meer uit het klas- en leslokaal. Burgers en bedrijven werken mee in het leren van leerlingen en studenten. Onderwijs wordt net als opvoeding een co-productie tussen organisaties en instituten enerzijds en het informele stedelijke en buurt- en familieleven anderzijds.

In 2020

Onderwijs ging digitaal, in hoog tempo. Met wisselend succes. Soms bleek hoe verassend snel de digitale omslag plaats kon vinden. Veel onderwijsgevenden ontdekten de extra mogelijkheden.
Vooral op basis- en voortgezet onderwijs was de wissel die op ouders getrokken werd groot. Vaak ook te groot. Leerlingen raakten op achterstand omdat ouders het digitale leren niet begrepen, er geen infrastructuur was. Juist voor kinderen uit zwakkere sociale context is school immers de reddingsboei die structuur geeft en daarmee kans op vooruitgang. Zomerscholen trachtten inhaalactie te bieden, maar zij bereiken vermoedelijk niet de echte achterstandsgroepen. En passant bleek uit onderzoek dat met name Utrecht slechte doorverwijzing kent naar het voortgezet onderwijs, waardoor talent verloren gaat.

Voor 2021 en daarna

UtrechtDB bracht vogels van divers pluimage bij elkaar, met focus op mbo, hoger- en wetenschappelijk onderwijs en de verbinding met de stad. Eerste aanbevelingen bevatten onder andere:

  • meer verbinden van denken en maken
  • laat studenten vorm geven aan de samenleving
  • het belang van eigen regie op het leerproces
  • inclusiviteit kan beter
  • thuisfront bepaalt mede favoriete of dominante leerstijlen.


Andere speerpunten:

  • Bestrijdt actief de opnieuw toegenomen ongelijkheid.
    • Voorkom een legioen diplomaloze en/of werkloze jongeren
    • Betrek scholen en studenten bij de ontwikkeling van de stad.
    • Voer een actief stagebeleid met behulp van lokale bedrijven
    • Vertrek daarbij niet vanuit de bekostigingsstructuur (bso, bo, vmbo, mbo, ho, wo) en besturen. Maar leg contact tussen stad, studenten en docenten
    • Doe dat op wijkniveau
    • Leer van andere steden.
    • Experimenteer en ontdek wat wel werkt en wat niet
    • Kijk goed naar lopende programma’s in bijvoorbeeld Overvecht. Daar valt heel veel te leren
    • Hetzelfde geldt voor de ontwikkelingen in de Merwedekanaalzone.
    • Werk samen met niet voor de hand liggende partijen, zoals bedrijven.
  • Bemoei je ook met zaken ‘waar je niet over gaat’
    • Dichtregelen langs bestuurlijke lijnen is je verschuilen
    • Bestuurlijk onvermogen, onwil en gebrek aan verantwoordelijkheid nemen hebben maatschappelijk effect voor ons allemaal bijvoorbeeld
      • Voorschoolse opvang (jong beginnen met bewegen, leren, taal)
      • Schooluitval
      • Foute schooladviezen (tragische onderzoeksresultaten, met name in Utrecht)
      • Verkeersdrukte ten gevolge van standaard les- en collegetijden (“niet later kunnen beginnen”) in ho/wo (kan dus wel)
    • Bevorder maatschappelijk debat daarover.


UtrechtDB gaat door met haar werk op dit thema, met hernieuwde focus.


THEMA 2: Utrecht stopt de Taalachterstand

Het belangrijkste vraagstuk van deze tijd is taalachterstand. Niet kunnen lezen en schrijven, niet snappen waar ‘officieel’ taalgebruik over gaat. Plus de stilzwijgende groep (die hiermee ten dele overlapt) die absoluut niet mee kan in de digitalisering. Computers en websites als onbegrijpelijk ervaren, niet snel genoeg zijn en er dus ‘uit’ gegooid worden of vastlopen in de slecht doordachte digitale vraagstellingen of volgorde. Geen weg weten in de jungle aan termen, zoekmachines, loketten, vindplaatsen. Met iedere keer weer de blije kreet van een bedrijf, instelling of instantie: we gaan het u gemakkelijker maken, want we gaan ‘iets’ digitaals doen. Gevolg is waarschijnlijk dat je hen daarna dan ook alleen digitaal kan bereiken en dat dat vooral hun eigen werk gemakkelijker maakt. Dat zeggen ze er niet bij.

In 2020

Verschillen in taalvaardigheid nekken de communicatie over het virus.
Ouders konden instructies van de school rondom digitaal onderwijs niet altijd volgen.
Beleidsmakers moesten dat steeds ‘ontdekken’, het staat kennelijk nog steeds niet duidelijk genoeg op het netvlies. En is daarmee nog steeds onvoldoende ‘urgent’. Dat moet definitief veranderen.

Voor 2021 en daarna

Intussen participeerde UtrechtDB in een aantal bewegingen in Overvecht. Waarbij duidelijk werd dat ‘taligheid’ niet geïsoleerd aangepakt moet worden. Zie het ruimer, probeer jongeren te motiveren om hun lot in eigen hand te nemen en te participeren in projecten in de buurt. Taal is dan een hulpmiddel in plaats van een doel op zich. Er zijn veel en goede initiatieven in die wijk. Die moeten in de lucht gehouden worden, en niet ten onder gaan in bureaucratie van bijvoorbeeld EU-bekostiging en de rapportageperikelen die daarbij horen. Neem de werkers dat gedoe zoveel mogelijk uit handen.
Wat leren we van de recente onrust in de wijk?
Leer op welk schaalniveau het beste gewerkt kan worden (wijk, buurt etc.). Gebruik die ervaring ook op andere plekken in de stad.

De diverse vrijwilligers-initiatieven verdienen actieve ondersteuning.

  • Beloon solidariteit
    • Hef instellingen als ‘Taal Doet Meer’ op het schild, daar werken meer dan duizend vrijwilligers aan de kwaliteit van de stad.

UtrechtDB kan helpen met verbinden. En zal dat blijven doen, door her en der te participeren, en /of de rol van buitenstaander in te vullen.


THEMA 3: Utrecht als stad van Gastvrijheid

Hoe bejegenen we elkaar, en hoe bejegenen we nieuwkomers in de stad. Toeristen, studenten, gasten en expats. Vanuit het gevoel voor wat onze stad wil zijn. De manier waarop burgers op elkaar gericht zijn, en hoe zij buitenstaanders ontvangen zodat die zich welkom en gezien weten. Daar hoort ook oog voor de ander en inclusiviteit bij. En ruimte om je te verplaatsen zonder bekneld te raken.

In 2020

Alles ging op slot. Programma’s rondom horeca kwamen on hold te staan.
Onze eerste bijeenkomst met diverse betrokkenen kwam niet van de grond. Want digitaal ontmoeten lukt het best als er al een basis is. Bovendien sloeg de recessie in een aantal kringen meteen hard toe. Zorgen om te overleven werden dominant.
Maar er gebeurden verrassende dingen. Men ging ‘keukens redden’ door eten af te nemen bij inmiddels gesloten restaurants. Er werden boodschappen gedaan voor oudere buurtbewoners, en er werd geklapt voor werkers in de zorg. Zorg voor de ander was zichtbaar.

Voor 2021 en daarna

Het item gastvrijheid blijft op de agenda. De ervaringen in 2020 leren ons dat gedrag verrassend kan veranderen, maar dat deze verandering ook van korte duur kan zijn.
In samenwerking met onder andere Utrecht Marketing pakken wij de draad weer op.
Misschien zal de uitkomst anders zijn dan we begin 2020 dachten, maar de nieuwe werkelijkheid moet verder vorm gegeven worden.
Misschien kunnen we mobiliteit en (openbaar) vervoer ook meer benadrukken vanuit dit perspectief. Je verplaatsen door een stad als haringen in een ton is niet gastvrij. Nu overheden fors gaan investeren in openbaar vervoer past ons het aanwakkeren van discussie over gewenste (openbaar) vervoerroutes.
Er komen dus sessies met ‘vogels van divers pluimage’ rondom dit item, zodra we weer makkelijker fysiek bij elkaar kunnen komen.


THEMA 4: In Utrecht is de publieke ruimte van ons allemaal

De stad wordt steeds meer van ‘ons’. Ook de publieke ruimte waarin we werken, leven en verkeren. Onze omgeving is steeds minder anoniem. We nemen verantwoordelijkheid voor plantsoenen, klimrekken. We betrekken daar ook schoolpleinen bij.
En we geven aandacht aan schoonheid. Denk aan de initiatieven voor muurschilderingen bijvoorbeeld. Kunst en cultuur verdienen een plek in de stad. Maar we willen ook meer weten wat we eten, en creëren dus moestuinen op onverwachte plekken.

In 2020

Het plan om met bewoners door hun wijk te lopen en het gesprek over die openbare ruimte te voeren, viel in de Corona-duigen. Maar het succes van de Bieb op de Neude, geopend toen alles nog dicht was, toont aan dat er veel waardering is voor schoonheid. Let ook op het werk van Utrechtse kunstenaars daar. Zij verdienden hun plek, mede op aandringen van UtrechtDB.

Voor 2021 en daarna.

We verwachten dat schoonheid niet vanzelf aandacht behoudt, nu economisch zware tijden naderen. Velen zien kunst immers als ‘overbodig’ of ‘luxe’.
Onze zorg betreft de schoonheid van de openbare ruimte, maar ook toneel en muziek. Er zal de komende tijd veel teloor gaan, als we niet oppassen. En wat verdwijnt wordt niet zomaar weer opgebouwd.
UtrechtDB heroverweegt het eigen plan om met name de openbare ruimte te bewaken en verbeteren. Wellicht moeten we verder kijken en ook de kunsten breder beschermen? En daar het debat over aanslingeren?
Ons eerdere Appèl ‘Ruimte voor Makers’ heeft zeker impact gehad. Speerpunt blijft:

  • Vergeet kunst en cultuur niet
    • Creëer ruimte voor makers, leg een ruimte-budget (in vierkante meters) daarvoor vast.
    • Toets de verdichtingsplannen ook aan schoonheid.
    • Betrek daar lokale kunstenaars bij
    • Ondersteun de culturele instellingen in hun rol van podium voor lokaal talent

Wordt vervolgd.


THEMA 5: De stad beweegt

Bewegen vraagt om ruimte. Ruimte die door de verdichting van de stad soms bedreigd wordt.
Maar ook ruimte die goed gebruikt moet worden, lege sportvelden zouden definitief taboe moeten zijn. Ongeorganiseerde sport roept om (buiten)ruimte, van skaters tot BMX’ers. Dat geldt ook voor dance. Bewegen en sport zijn belangrijk voor de sociale cohesie van de stad. Sport verbindt, en dat geldt zeker niet alleen voor de topsport van de FC.
Er is dringend aandacht daarvoor nodig. Uit onderzoek blijkt dat kinderen op een bepaalde leeftijd afhaken qua bewegen, en meisjes weer meer dan jongens. Zeker nu we door Corona weer gezien hebben dat weerstand en gezondheid broodnodig zijn.

In 2020

De Open Brief over bewegen van UtrechtDB staat nog recht overeind: Maak meer ruimte voor lopen, samen spelen en urban sports.
Er is contact met diverse partijen in de stad om onze ideeën verder te realiseren. Maar ook hier is even een rem op gegaan. Gelukkig kan er weer meer gesport worden. Maar we weten ook dat veel gezinnen de contributiebetaling hebben stopgezet tijdens de crisis.

Voor 2021 en daarna.

 ‘Bewegen’ vraagt om veel aandacht op uiteenlopende terreinen.

  • Binnenstedelijk bouwen moet met verstand en lerend vermogen gebeuren.
    • Bewegen moet goed en uitgesproken gestimuleerd worden door de inrichting van de openbare ruimte.
    • Daar is vrije ruimte voor nodig
    • En groen
    • Check de huidige plannen daar nog eens op, nu steeds duidelijker wordt dat bewegen gezondheid bevordert.
    • Jong geleerd is oud gedaan: stimuleer veel directer dat kinderen ‘bewegen’. In een bakfiets leer je niet goed lopen. En op de drukke rijweg leer je niet goed fietsen.
    • In het middeleeuwse centrum kies je voor andere oplossingen dan in de perifere wijken.
    • Wees wendbaar, kijk goed hoe dingen uitwerken en stel bij.
    • Durf te experimenteren
    • Vraag wat wel en niet bevalt.
  • Heroverweeg het sportbeleid.
    • Hoe krijgen we mensen aan het bewegen
    • Houd rekening met subgroepen
    • Denk niet dat georganiseerde sport het belangrijkst is
    • Denk na over beter gebruik van faciliteiten. Van sportvelden tot gymlokalen en pleintjes. Kijk goed waar dat zich ontwikkelt en hoe, en pas de openbare ruimte daarop aan.
    • Creëer maatwerk voor verschillende buurten en wijken. Overleg, luister, onderzoek.
  • Denk opnieuw na over de inrichting van wijken.
    • Minder naar het werk bewegen en meer vanuit huis werken blijft
    • Maar in veel huizen is daar de ruimte niet voor
    • Stuur aan op buurt-werkplekken, zoals we ook buurt-fietsenstallingen hebben en scholen. Creëer plekken voor de werkers, met flexkantoren in de wijken.
  • Geef woningcorporaties de mogelijkheid om hun klassieke rol voor kwaliteit goed in te vullen.
    • Zij kennen de wijken immers als geen ander.
    • Lobby met andere gemeentes daartoe op landelijk niveau. Als stoppen met de verhuurdersheffing onbespreekbaar is inmiddels, lobby dan voor andere geschikte financieringsvormen. De markt lost dit niet op, maar versterkt juist scherp de tweedeling in onze stad.


» »

Jeroen HermkensRien Nagel, Kees Rutten en Monique Mourits INTERVIEW

"Constructief, maar wel kritisch"

De kracht van de Utrecht Development Board? Drie leden geven een eenstemmig antwoord: de eigen koers los van de politiek, zoekend naar gesprek met de stad en de buurt. Kortom: allereerst in contact met de basis en niet met reguliere machtsfactoren.

> Lees het hele interview