Column Joost van Hoorn

Utrecht groeit en bloeit, maar gaat het werkelijk de goede kant op?

Utrecht groeit en bloeit. Al lange tijd staat onze mooie stad en de wijdere regio hoog op de ranglijstjes van meest innovatieve en competitieve regio’s van Europa. En ook de toekomst ziet er – ondanks de geopolitieke strubbelingen met Rusland en China – rooskleurig uit. Maar die groei en bloei kennen ook een keerzijde, als we niet oppassen. De grote druk op de woningmarkt zorgt ervoor dat minder kapitaalkrachtige groepen de stad uit worden gedrukt.

Wonen wordt steeds duurder voor jongeren en mensen met minder goed betaalde beroepen, zoals in de kinderopvang. En het gaat niet alleen om betaalbaarheid van wonen. Ook de ruimte om te ondernemen en voor allerlei maatschappelijke voorzieningen staat onder druk. Hoe houden we Utrecht leefbaar en toegankelijk voor alle Utrechters?

Schaduwzijden van de groei en bloei

Onlangs sloot de gemeente Utrecht per direct twee ongeregistreerde kinderopvangcentra; een voorschoolse opvang in Overvecht en een buitenschoolse opvang in Hoge Weide. Blijkbaar is de nood bij ouders nu zo hoog, dat zij de zorg voor hun kinderen toevertrouwen aan ongeregistreerde kinderopvangcentra. Eerder dit jaar werd al bekend dat de personeelstekorten in de kinderopvang zo hoog zijn, dat veel ouders zich geen raad meer weten. Het is een schrijnend voorbeeld van de schaduwzijden van de groei en bloei van Utrecht.

Ook in andere sectoren gaat het mis. Zo staat betaalbare ruimte voor Utrechtse culturele makers, de ruimte voor stadsverzorgende bedrijvigheid en maatschappelijke voorzieningen stevig onder druk. Een evenwichtige ontwikkeling van onze stad is dus niet vanzelfsprekend. Als we het allemaal aan private ontwikkelaars en beleggers overlaten, dan valt de uitkomst te voorspellen: nóg meer dure woningen. Alleen de gemeente kan als hoeder van het algemeen belang de regie pakken. Gelukkig doet de gemeente dat steeds nadrukkelijker en zelfbewuster.

Positief: actiever grondbeleid

Het recente streven om weer actiever grondbeleid te gaan voeren is een belangrijke koerswijziging; niet alles aan de markt overlaten en als gemeente faciliteren, maar regie en sturing pakken. Bij de herontwikkeling van Ravellaan Noord en delen van de Merwedekanaalzone gaat de gemeente al zeer actief te werk. Dit maakt het mogelijk om krachtiger te sturen op de betaalbaarheid van woningen én te zorgen voor een leefbare stad met voldoende ruimte voor bedrijvigheid en maatschappelijke voorzieningen.

Er is meer dan wonen

Naast actief grondbeleid, doet de gemeente er goed aan om nog steviger te sturen op het programma dat op herontwikkellocaties wordt gerealiseerd. Nu wordt vaak uitsluitend gestuurd op het woonprogramma met eisen over de mate van betaalbaarheid (sociaal, middelduur, duur) en stelt zij nauwelijks eisen aan het niet-wonen programma. Omdat uiteindelijk toch de prijs die een ontwikkelaar wil betalen van doorslaggevend belang is, zal dit deel van het programma zo duur uitpakken dat er geen ruimte is voor productieve bedrijvigheid, cultuur en sociaal-maatschappelijk functies. De gemeente zal hier dus ook actiever op moeten sturen om de stad ook in de toekomst leefbaar en betaalbaar te houden.

Hulp van Utrechtse Barcode

Een belangrijk instrument dat de gemeente heeft ontwikkeld om daar meer grip op te krijgen is de Utrechtse Barcode. Die laat zien op welke manier de gemeente de ruimte van de stad wil inrichten. Het gaat dan om ruimte voor alle voorzieningen, dus niet alleen huizen, maar ook groen, werkplekken, infrastructuur, energie, etc. Er wordt sinds een aantal jaar volgens deze methode gekeken naar de ontwikkeling van de stad.

Vanuit de Utrecht Development Board zijn we benieuwd hoe de Utrechtse Barcode behulpzaam is bij het streven naar een evenwichtige ontwikkeling van de stad. Wat is de betekenis van de barcode tot dusver geweest? Wat is er twee jaar na bestuurlijke vaststelling van terechtgekomen? En welke lastige afwegingen heeft de barcode opgeleverd en hoe heeft dat uitgepakt? Omstandigheden veranderen, wie moeten er verder bij betrokken zijn? Wij denken daar graag aan mee.

Joost van Hoorn
Lid Utrecht Development Board

Schaduwzijden van groei en bloei]

> Aanmelden nieuwsbrief



» » Schaduwzijden van groei en bloei

Utrecht
Quinten PeelenQuinten Peelen INTERVIEW

"De culturele sector is hechter geworden"

Quinten Peelen, directeur K. F. Hein Fonds, ziet na de Corona-verlamming de levenslust van de culturele sector in en om Utrecht opleven. “Ik denk dat we een tijd ingaan van experimenteren, nieuwe vormen. En delen, via open source of fysiek” zegt hij in ons interview bij vertrek uit de Utrecht Development Board. “Corona maakt dingen mogelijk die heel moeilijk leken”.

> Lees het hele interview